Bij het verbouwen kan er wel eens iets misgaan. Er kan een gebrek optreden of tevoorschijn komen die niet bekend was. Gebreken zitten immers in kleine hoekjes. Wanneer een dergelijk gebrek optreedt, moet de aannemer die het huis verbouwd de kans krijgen om dit gebrek in redelijkheid te herstellen. Wanneer hij dit niet doet of hier geen gebruik van maakt, kan de opdrachtgever dit door een ander laten doen en de rekening hiervan presenteren aan de aannemer. Ook een vervangende schadevergoeding is mogelijk. Op grond van een bouwgeschil en de uitspraak van de Rechtbank Limburg van 26 april 2017 wordt hieronder uitgelegd welke consequenties dit heeft.
Gebreken in het werk van de aannemer
In het geschil dat voor de rechtbank kwam had een opdrachtgever een aannemer ingeschakeld om zijn huis te laten verbouwen. Deze verbouwing liep echter niet naar wens van de opdrachtgever. Op een gegeven moment besluiten opdrachtgever en aannemer dat ze niet langer met elkaar verder gaan.
Aan het uitgevoerde werk van de aannemer zijn echter wel een aantal gebreken geconstateerd. Wanneer de aannemer van dit feit op de hoogte wordt gesteld, zegt hij toe dit binnen 12 dagen te herstellen. Dit wordt uiteindelijk niet gedaan.
Opdrachtgever eist terugbetaling
Wanneer de 12 dagen verstreken zijn, heeft de opdrachtgever zijn aannemer een brief toegestuurd waarin hij stelt dat de aannemer niet nog eens terug hoeft te komen bij hem. Daarnaast eist de opdrachtgever dat de aanneemsom die betaald is, volledig teruggestort wordt.
De gebreken laat de opdrachtgever vervolgens door een ander bedrijf herstellen en de rekening daarvan (€ 18.000) eist hij ook van de eerste aannemer terug als schadevergoeding. Deze betalingen blijven echter uit, waarna de opdrachtgever de zaak voor de rechter brengt.
Vervangende schadevergoeding
De rechter heeft eerst de vordering van de opdrachtgever geduid. Hij komt tot een oordeel dat deze te zien is als een vordering tot vervangende schadevergoeding in de zin van het Burgerlijk Wetboek (BW). Wanneer een schuldenaar (in dit geval de aannemer) in verzuim is doordat hij niet nakomt, maar deze nakoming niet blijvend onmogelijk is (hij kan immers de gebreken nog herstellen) heeft de schuldeiser (opdrachtgever) een keuze: hij kan de nakoming van de verbintenis alsnog vorderen van de aannemer met wellicht een schadevergoeding voor de duur, of hij kan enkel schadevergoeding vorderen en het werk laten schieten.
Omzettingsverklaring verplicht
Deze laatste keuze wordt dan een vervangende schadevergoeding genoemd. De vergoeding treedt dan in de plaats van de nakoming. Een opdrachtgever kan pas aanspraak maken op een vervangende schadevergoeding als hij deze keuze eerst schriftelijk aan de schuldenaar meedeelt (de omzettingsverklaring). Dit staat in artikel 6:87 BW.
Wanneer de schuldenaar voor de laatste optie kiest, wordt dit een vervangende schadevergoeding genoemd. In dat geval komt er een schadevergoeding die zowel het nog te voldoen werk dekt als de vergoeding voor het verzuim. Wanneer de schuldeiser voor die optie kiest, moet hij dit wel schriftelijk aan de schuldenaar mededelen. Dit wordt een omzettingsverklaring genoemd in de zin van art. 6:87 BW. Hierin beschrijft de schuldeiser dat hij deze optie kiest.
Aannemer in verzuim
In de zaak bij de rechtbank Limburg was de aannemer in verzuim. Dit kwam omdat de aannemer het na had gelaten om de gebreken binnen de afgesproken termijn van 12 dagen te herstellen. De opdrachtgever heeft zijn aannemer een brief toegestuurd waarin hij stelt dat de aannemer niet nog eens terug hoeft te komen bij hem en dat hij voor vervangende schadevergoeding kiest. Aan de eisen van een omzettingsverklaring is volgens de rechtbank voldaan.
Berekening hoogte vervangende schadevergoeding
De vraag die de opdrachtgever (en schuldeiser in het algemeen) beantwoord moeten krijgen, is hoe het totale bedrag van de vervangende schadevergoeding berekend kan worden. De rechter heeft overwogen dat het totale bedrag van een vervangende schadevergoeding, de totale kosten voor de herstelwerkzaamheden door een ander bedrijf om de gebreken alsnog te herstellen. De opdrachtgever mag niet de volledige rekening aan de aannemer sturen: de kosten voor de werkzaamheden die de aannemer wel gedaan heeft en de materiaalkosten moeten in mindering gebracht worden. Anders betaald de aannemer dubbel.
Advocaat inschakelen?
De aannemer die in gebreke blijft, moet eerst in verzuim zijn. Dit verzuim treedt in wanneer de aannemer aangemaand is om alsnog de gebreken te herstellen binnen een redelijke termijn. Wanneer de aannemer dan alsnog niet nakomt, is het verzuim ingetreden.
Vanaf dat moment heeft de opdrachtgever (schuldeiser) verschillende keuzes wat hij doet: Nakoming vorderen, de overeenkomst ontbinden of een vervangende schadevergoeding vorderen. Het inschakelen van professionele hulp door middel van een advocaat is raadzaam in dergelijke situaties.
Juridische hulp?
Als je het contactformulier invult, dan neemt een gespecialiseerde advocaat gauw contact met je op. Zelf bellen kan natuurlijk ook, wij zijn bereikbaar via 085 – 5000 202.