Juridische Toestemming voor Gezondheidschecks door de GGD op Scholen
Inleiding
De vraag of het juridisch is toegestaan dat de GGD gezondheidschecks uitvoert op scholen zonder expliciete ouderlijke toestemming voor kinderen tussen 12 en 16 jaar, raakt aan zowel privaatrechtelijke als publiekrechtelijke aspecten. Het is belangrijk om de relevante wetgeving en richtlijnen te overwegen die van toepassing zijn op medische handelingen en de rechten van minderjarigen.
Relevante Wetgeving
- Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO): Deze wet regelt de rechten en plichten van patiënten in de gezondheidszorg, waaronder minderjarigen. Volgens de WGBO hebben kinderen vanaf 12 jaar een zelfstandige zeggenschap over medische behandelingen. Voor kinderen van 12 tot 16 jaar geldt dat zowel het kind als de ouders/verzorgers toestemming moeten geven voor medische behandelingen.
- Jeugdgezondheidszorg: De GGD voert in de context van jeugdgezondheidszorg preventieve gezondheidschecks uit op scholen. Dit valt onder de publieke gezondheidszorg en heeft als doel vroegtijdige opsporing van gezondheidsproblemen.
Toestemming en Praktijk
In de praktijk moeten ouders doorgaans geïnformeerd worden over de gezondheidschecks die de GGD op scholen uitvoert. Hoewel expliciete toestemming van de ouders normaal vereist is voor medische handelingen bij minderjarigen tussen 12 en 16 jaar, kunnen er uitzonderingen zijn in het kader van de volksgezondheid en preventieve zorg.
- De GGD kan gezondheidschecks uitvoeren als onderdeel van reguliere preventieve zorg, waarbij ouders geïnformeerd worden maar niet expliciet toestemming hoeven te geven, mits dit in lijn is met de beleidsregels en richtlijnen van de jeugdgezondheidszorg.
- Het kind zelf moet ook instemmen met de gezondheidscheck, aangezien kinderen vanaf 12 jaar volgens de WGBO een eigen stem hebben in medische aangelegenheden.
Conclusie
De juridische situatie rondom de uitvoering van gezondheidschecks door de GGD op scholen zonder expliciete ouderlijke toestemming is complex en hangt af van de specifieke omstandigheden en de interpretatie van de wetgeving. Over het algemeen dienen zowel de toestemming van het kind als de informatieverstrekking aan de ouders gewaarborgd te zijn, in overeenstemming met de WGBO en de praktijkrichtlijnen van de jeugdgezondheidszorg.
