Als men een overeenkomst sluit, gebeurt dit door een aanbod van een verkoper en een aanvaarding van een koper. Als de wil voor het aangaan van de overeenkomst door bepaalde redenen niet juist is gevormd, is het mogelijk dat er sprake is van een zogenoemd wilsgebrek. Dwaling is hiervan een voorbeeld.
Dwaling
Er zijn vier wilsgebreken in de wet en dwaling is daar één van. Dwaling is aldus een zogenaamd gebrek dat ontstaat bij de vorming van de wil van een koper of van een verkoper. Het betreffende gebrek kan ontstaan op allerlei manieren. Ingeval van dwaling is het altijd zo dat één van de partijen uitging van de onjuiste informatie.
De gevolgen bij dwaling
Als er inderdaad dwaling is, is de gesloten rechtshandeling vernietigbaar. Dan heeft de dwalende partij de mogelijkheid om de betreffende rechtshandeling te vernietigen. Dit betekent dat deze rechtshandeling vanuit juridisch oogpunt nooit heeft bestaan. Let op: hier geldt immers een ander gevolg dan het geval is bij de ontbinding. Daarbij dient de rechtshandeling juist namelijk teruggedraaid te worden.
Vernietiging
Vernietiging brengt met zich mee dat allebei de partijen de prestaties van hen ongedaan dienen te maken. Bij koop van een product geldt dan bijvoorbeeld dat het geld en het product teruggevorderd kunnen worden. Dit vanwege het eigendomsrecht op het product en een onverschuldigde betaling. Als een van de betreffende prestaties nog niet nagekomen is, dan moet deze natuurlijk tevens niet ongedaan gemaakt te worden, aangezien er dwaling is.
Wanneer is er dwaling?
Men spreekt van vernietigbaarheid door dwaling als de andere partij een inlichting gedaan heeft waardoor er dus gedwaald is. Tevens moet het zo zijn dat bij een goede voorstelling van zaken de betreffende overeenkomst juist niet gesloten zou zijn.
Geen inlichtingen
Bovendien spreekt men van vernietigbaarheid door dwaling als de andere partij de dwalende partij diende in te lichten over wat hij wist of juist behoorde te weten over de betreffende dwaling. Ook moet het dan zo zijn dat door die inlichting de overeenkomst niet gesloten zou zijn.
Dwaling aan beide kanten
Tot slot is er nog een vernietigbaarheid vanwege dwaling als allebei de partijen van dezelfde niet juiste veronderstelling uitgaan. Dit geldt als de overeenkomst niet gesloten zou zijn bij een onjuiste veronderstelling van zaken. Het moet dan wel zo zijn dat de dwalende inderdaad van de overeenkomst zou hebben afgezien.
Wanneer geen vernietigbaarheid vanwege dwaling?
Als de dwaling alleen om een toekomstige omstandigheid gaat, is er niet sprake van een overeenkomst die vernietigbaar is. Dit betekent dat verwachtingen voor de toekomst welke niet uit blijken te komen niet vallen onder dwaling. Een voorbeeld hierbij is dat ingeval een auto na meer dan een half jaar kapotgaat. Mits dit niet veroorzaakt is door achterstallig onderhoud of iets anders dat voortkomt uit het heden.
Dwaling voor rekening dwalende
Bovendien is er geen vernietigbaarheid vanwege dwaling indien de dwaling voor de rekening van de dwalende partij dient te komen. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als de aard van de gesloten overeenkomst dat met zich meebrengt, als de in het verkeer geldende opvattingen dat met zich meebrengen of indien de omstandigheden van het geval daarom vragen
Onderzoeksplicht
De onderzoeksplicht is een helder voorbeeld van de hierboven genoemde uitzonderingen. Als iemand een auto koopt, maar hij zich niet onderwerpt aan de gebruikelijke inspectie, dan is het voor hem niet meer mogelijk de overeenkomst te vernietigingen vanwege dwaling. Deze inspectie dient echter niet totaal en allesomvattend te zijn. Als de koper van de auto echter bewust misleid is, is het mogelijk dat het wilsgebrek genaamd bedrog een uitkomst biedt, want daar komt niet een onderzoeksplicht bij kijken.
Aantal voorbeelden dwaling
In de volgende voorbeelden is een beroep op de vernietigbaarheid vanwege dwaling mogelijk:
- Jan zegt tegen Kees: ‘Deze auto is goed, ik heb er helemaal geen problemen mee gehad’. Kees koopt na de testrit de betreffende auto en een paar dagen later komt hij tot de ontdekking dat Jan een paar maanden eerder met dezelfde auto een ongeluk heeft gehad. Indien Kees dit wist, had hij hem niet gekocht en dit wist Jan immers ook. In dit geval kan Kees zich op dwaling beroepen.
- Jan zegt helemaal niets tegen Kees over het ongeluk dat hij een halfjaar eerder heeft gehad met de auto, terwijl dat juist bij het kopen van de auto zeer relevant is. Jan beweert dat hij in ieder geval niet gelogen heeft. Kees kan zich in dit geval toch op dwaling beroepen, aangezien Jan diende te vertellen dat er inderdaad een ongeluk met de auto is geweest.
- Jan zegt helemaal niets over het ongeluk tegen Kees, omdat hij er niet van op de hoogte is. De zoon van Jan heeft namelijk dat ongeluk ten tijde van zijn vakantie gehad en heeft toen ook meteen een prijzige reparatie laten doen. Jan moet echter toch de gevolgen dragen, ook al zijn beide partijen van de onjuiste veronderstelling uitgegaan. Voor Kees ontstaat dus de mogelijkheid om zich op dwaling te beroepen.
Oneigenlijke dwaling
Hierboven is de wettelijke of de zogenoemde eigenlijke dwaling omschreven, maar de oneigenlijke dwaling bestaat ook. Dit is echter geen dwaling volgens de wet. Het gaat hierbij immers niet over het overeenstemmen van de wil en de wilsverklaring bij de sluiting van de betreffende overeenkomst.
Voorbeeld
Men kan hierbij denken aan een verkoper van een auto die een e-mail ontvangt van een mogelijke koper over de prijs van een drie jaar oude Audi met 52.000 kilometer op zijn teller. De verkoper van de auto stuurt naar de mogelijke koper een mail terug en daarin schrijft hij dat hij de Audi aanbiedt voor een bedrag van 3.000 euro. Echter, hij vergeet een 0 erbij te zetten, want de auto kost eigenlijk 30.000 euro. De mogelijke koper gaat uiteraard meteen akkoord. In dit geval is het mogelijk dat de verkoper van de auto zich beroept op het niet overeenstemmen van de wil en de wilsverklaring. In dit geval was de wil immers om 30.000 euro te mailen, maar de verklaring omvatte 3.000 euro. Er is hier dus niet een geldig aanbod ontstaan. Alleen als de koper gerechtvaardigd mocht vertrouwen dat het betreffende aanbod geldig was, is het mogelijk dat hij de overeenkomst nog steeds laat. Hier zal dit echter niet lukken, want hij mocht niet gerechtvaardigd vertrouwen dat dit inderdaad de intentie van de verkoper was.
Let op: oneigenlijke dwaling geldt niet als een vorm van de dwaling, maar is het ontbreken van de wil tot het laten tot stand laten komen van een overeenkomst.
Conclusie
Als partijen een overeenkomst zijn aangegaan, terwijl de wil voor de overeenkomst onjuist tot stand is gekomen doordat er een gebrek is aan informatie, dan kan men spreken van dwaling. Indien daarvan sprake is en de dwaling niet alleen toekomstig is of voor de rekening van de dwalende partij dient te komen, is het mogelijk dat de betreffende overeenkomst vernietigd wordt. Hierdoor heeft deze overeenkomst nooit bestaan en dienen prestaties die eventueel al gedaan zijn, ongedaan te worden gemaakt.
Als een wederpartij niet meewerkt bij de vernietiging van de overeenkomst vanwege dwaling, is het mogelijk raadzaam een jurist te raadplegen, dit hangt ook af van het bedrag. Ook indien de andere partij zich op de dwaling beroept en u het daar niet mee eens bent, dan is het verstandig om een jurist in te schakelen. Het is verstandig om dit zo spoedig mogelijk te doen, want hoe meer tijd er is om uw zaak te bereiden, hoe groter de mogelijkheden zijn dat uw zaak een goede uitkomst heeft.